Vakantie Sri Lanka 2006
Heenreis
Op woensdag 2 augustus vertrokken we in de loop van de middag naar Schiphol voor de vlucht naar Londen. Om 5 uur waren we op Schiphol waar we direct bij binnenkomst een medewerker van Djoser bij de balie van BMI zagen staan die ons de tickets gaf waarna we konden inchecken. Hier ontmoeten we ook al een paar medereizigers. Het vliegtuig vertrok ongeveer 10 minuten te laat voor de vlucht van 3 kwartier naar Londen. Na een korte voorspoedige vlucht landen we op Heathrow. Met een bus werden we vervolgens naar een andere terminal gebracht vanwaar het toestel naar Colombo zou vertrekken. Precies op tijd vertrokken we voor de non-stop vluch naar Colombo met SriLankan Airlines. De vlucht was voor een groot deel 's nachts. We hebben geprobeerd wat te slapen, maar dat gaat toch niet zo goed in een vliegtuig. Ciska heeft wel behoorlijk goed geslapen. De volgende morgen de horloges direct maar op Sri Lanka tijd gezet, het is in Sri Lanka 3,5 uur later dan in Nederland, 4,5 als het wintertijd is in Nederland. Na een lange en vermoeiende vlucht landen we om 12:50 lokale tijd op het internationale vliegveld van Colombo. Na de douane en het wachten op de bagage konden we het vliegveld verlaten. Buiten het vliegveld hebben we kennis gemaakt met de reisleidster Monique die ons vervolgens naar de bus bracht waarmee we naar het eerste hotel in Negombo zijn gegaan. Ook met de meeste medereizigers hadden we in de afgelopen uren van de reis al kennis gemaakt. Eenmaal in Negombo zijn we gestopt bij een pinautomaat zodat iedereen zijn eerste Sri Lankaanse roepies kon trekken, er gaan er 130 in een euro. Daarna eindelijk naar het hotel. Een mooi hotel met 2 zwembaden direct aan zee. Na te hebben ingecheckt en de kamer te hebben opgezocht hebben we de rest van de middag luierend aan het zwembad doorgebracht. Om 18:30 hadden we afgesproken in het hotel zodat Monique het één en ander over de reis kon vertellen. Daarna zijn we met z'n allen gaan eten in het hotel.

Een eerste blik op Sri Lanka vanuit het vliegtuig

Plezier bij het zwembad van het hotel
Negombo
Vanuit Negombo loopt er een kanaal naar Colombo, het Dutch Canal. Dit kanaal is destijds door de Nederlanders aangelegd voor het vervoer van onder andere kaneel en andere handelswaar naar Colombo. Als toerist kun je hier met een bootje doorheen varen om Negombo eens van een andere kant te bekijken. Met de hele groep hebben we in een aantal bootjes een 2,5 uur durende tocht door het kanaal gemaakt. Tijdens de rondvaart hebben we diverse dieren gezien, vooral varanen en heel veel vogels. We zijn een aantal maal gestopt, onder andere bij een illegale arrack stokerij. Arrack is een sterke drank die onder andere gemaakt kan worden van het sap van de palmboom, de palmwijn. Als eerste kregen we dan ook een demonstratie hoe de palmwijn uit de boom wordt getapt alvorens we via een smal paadje naar de stokerij werden geleidt. In een zelf geknutselde destilleerketel wordt de palmwijn omgezet in arrack. We kregen ook wat van het goedje aangeboden. Een andere stop was bij een restaurantje waar we een lunch hebben gehad. Na de lunch zijn we terug gegaan naar het beginpunt van de vaartocht en met tuk-tuks zijn we terug gegaan naar het hotel. De rest van de middag was ter vrije besteding. Ciska is met haar nieuwe vriendinnen Inge en Naomi naar het zwembad gegaan ploeteren zijn wij op zoek gegaan naar een badpak. Wij moesten nog naar Negombo om een nieuw badpak voor Hilleke te kopen, daarna hebben we ook de rest van de middag aan en in het zwembad doorgebracht. 's Avonds zijn we met Naomi en haar moeder Marleen gaan eten in restaurant PalmaLanka. Dit restaurant was ons door andere Nederlanders in het hotel aangeraden. We hebben er heerlijk gegeten.

Het Dutch Canal in Negombo

Varaan zwemmend in het Dutch Canal

De illegale arrack stokerij
Dambulla
De volgende dag zijn we naar Giritale, bij Sigiriya, gegaan. De belangrijkste stop onderweg was bij de rotstempels van Dambulla. Maar voordat we daar waren zijn we eerst op een aantal andere plaatsen gestopt. Bij een klein tentje langs de weg hebben we wat cashewnoten gekocht. Daar was ook een schooltje waar Sri Lankaanse kinderen van diverse leeftijden Engelse les kregen. We hebben met de docenten gesproken en balonnen aan de kinderen uitgedeeld. Een volgende stop was bij een kokosverwerkings bedrijfje. Daar wordt de bast van de kokosnoten verwerkt tot touw. Onze gids heeft nog voorgedaan hoe je een kokosnoot open maakt en ons de kokosmelk laten drinken en wat stukjes kokosnoot gegeven om op te eten. Na een lunchstop zijn we doorgereden naar Dambulla om daar de rotstempels te bekijken. Via lange trappen met bedelaars en aapjes kwamen we na een warme en vermoeiende klim eindelijk bij het klooster aan. Het schitterend uitzicht over de omliggende vlakte doet je echter al snel de klim vergeten. Er zijn vijf grotten, in iedere grot staan meer of minder Boeddha beelden, afhankelijk van de afmetingen van de grot. Een inscriptie nij de eerste grot vermeldt de stichting van het klooster in de eerste eeuw. Deze eerste grot is voor het grootste deel gevuld met een beeld van een liggende, stervende Boeddha. In de tweede en derde grot staan tientallen Boeddha beelden. In de tweede grot bevindt zich ook een dagoba en een bron met geneeskrachtig water. De vierde en vrijfde grot zijn kleiner en van een recentere datum. In alle grotten zijn de plafonds beschilderd. Een gids gaf ons uitleg over de diverse houdingen waarin Boeddha kan worden afgebeeld. Het was overigens verschrikkelijk warm in de grotten, het zweet liep in straaltjes over onze rug.
Na deze interresante rondleiding zijn we met onze bus naar het hotel in Giritale gegaan. Onderweg daarheen zagen we het eerste echte grote wildlife, een grote kudde wilde olifanten. De bus is gestopt en iedereen heeft er foto's van gemaakt. Helaas waren ze wat ver weg. Bij aankomst in het hotel in Giritale zijn de kinderen direct het zwembad ingedoken.

Leerlingen krijgen engelse les

Fabriekje waar kokosnoten worden verwerkt tot touw

De ingang van de rotstempels van Dambulla

Blik op de kloosters na een lange, vermoeiende klim

Beeld van de nieuwe Boeddha

Boeddha met de cobra Muchalinda als bescherming tegen de regen

Veel aapjes kom je tegen op de trappen naar het klooster

En ook deze slangenbezweerder met zijn cobra
Olifanten Safari
Met de bus zijn we de volgende dag naar een plaatsje gereden vanwaar we een kort tochtje op een olifant zouden maken. In verband met de Perahera in Kandy zijn de meeste olifanten daar naar toe. De Perahera is een 10 daags Boeddhistisch festival waarbij de terugkeer van de tand van Boeddha naar de Tempel van de Tand in Kandy wordt gevierd. Als we in Kandy zijn zullen we hier nog iets van meemaken. We hadden vier olifanten voor 22 personen, 3 olifanten met 6 personen en 1 olifant met 4 personen. Bij een soort aanlegsteiger konden we op de olifant stappen, die had een bakje op zijn rug waar 6 personen in konden plaatsnemen. De route ging over een dijkje langs een meertje. Het schommelde enorm, dus een foto maken was niet eenvoudig. Gelukkig stopten de begeiders van de olifant op verzoek zodat rustig een foto kon worden gemaakt. Ook één van de begeleiders wilde wel foto's maken van ons op de olifant. Langs de route stonden mannetjes zakjes met bananen te verkopen om aan de olifanten te voeren. Ook werd gevraagd of iemand op de kop van de olifant plaats wilde nemen zodat de bananen aan de olifant konden worden gevoerd. Als de olifant zin had in een banaan, dan stak hij z'n slurf omhoog. Bij het keerpunt ging het terug deels door het water. Bij de eerste olifant die door het water ging zat Frits op zijn kop en zodra de olifant in het water stond begon hij water over z'n kop te spuiten. Frits werd hierdoor tot viermaal toe door de olifant nat gespoten. Bij de volgende drie olifanten ging tijdens de tocht door het water één van de begeleiders op de kop van de olifant zitten. Zij bleven droog.

Eén van de olifanten met een bakje op z'n rug

'Geef me nu toch eens een banaan!'
Polonnaruwa
Historie Polonnaruwa
De eerste koning die in Polonnaruwa woonde was koning Aggabodhi IV die van 667 to 685 N.Chr. over Sri Lanka regeerde. Anuradhapura was tot dan toe de hoofdstad, maar de koningen vonden de nieuwe stad Polonnaruwa mooier en beter en ontwikkelden die verder ten koste van Anuradhapura. In het jaar 993 maakten de Cholas uit Zuid-India van Polonnaruwa de officiële hoodstad nadat ze Anuradhapura hadden geplunderd en in brand gestoken. In 1070 bevrijdde koning Vijayabahu I het land van de Cholas en daarna bleef Polonnaruwa de hoofdstad van het land. Het hoogtepunt voor de stad werd bereikt onder de heerschappij van koning Parakramabahu I (1153 tot 1186). Hij liet grote paleizen bouwen, legde moerassen droog, restaureerde oude monumenten, legde parken aan, etc. Na de dood van zijn opvolger, koning Nissankamalla (1187 tot 1196), raakte Polonnaruwa in verval. Oorlogen, bandeloosheid en de voortdurende invasies door het Zuid-Indiase Chola rijk verwoestten het land. Polonnaruwa was niet langer de hoofdstad van het land en het werd langzaam overwoekerd door het oerwoud. Aan het begin van de 20e eeuw zijn de belangrijkste monumenten van de stad weer opgegraven.
Na een wat uitgelopen lunch gingen we naar de ruïnes van Polonnaruwa. Polonnaruwa was van de 11e tot de 12e eeuw N.Chr. de hoofdstad van het toenmalige Sri Lanka. Nu zijn er enkel nog wat ruïnes van onder andere tempels en dagobas te zien. Omdat Polonnaruwa behoorlijk uitgestrekt is kregen we bij aankomst allemaal een fiets om daarmee te site te kunnen verkennen en zo snel van de ene naar de andere tempel te kunnen gaan. Niet alle fietsen waren even perfect, Ciska bijvoorbeeld was niet zo blij met die van haar, ze had liever haar eigen fiets uit Nederland gehad, maar er was niet veel keus. Een gids reed op een motor voor ons uit en bij de diverse plaatsen waar we stopten legde hij ons het één en ander uit. Halverwege was er een stop bij een drinktentje ingelast, bij de ruïnes aldaar zijn een aantal van de groep alvast wat gaan drinken, waaronder Hilleke en Ciska. Zij vonden het te heet om nog langer in de brandende zon naar een hoop stenen te kijken. In de brandende zon liep de temperatuur op tot zo'n 40 graden, we zochten dus zoveel mogelijk de schaduw op. Aan het einde van de rit hebben we nog uitgebreid de grote Boeddha beelden bekeken alvorens we de fietsen weer inleverden en met de bus terug gingen naar het hotel.

Het Lotusbad in Polonnaruwa

De restanten van de ronde Vatadage tempel

De vierkante Satmahal Prasada piramide

Mediterende Boeddha met halo bij de Gal Vihare - De rots tempel
Sigiriya
Historie Leeuwenrots Sigiriya
Dit paleis op de top van de platte, eenzaam uit het landschap oprijzende, rots is aan het einde van de 5e eeuw gebouwd door koning Kasyapa. In de Mahavamsa, de oude historische geschriften van Sri Lanka, wordt Kasyapa beschreven als iemand die in 477 N.Chr. zijn eigen vader, koning Dhatusena, vermoorde door hem levend in te metselen. Daarna nam hij de troon over waar eigenlijk zijn broer Mogallana recht op had. Om aan de wraak van Mogallana te ontkomen bouwde Kasyapa dit paleis op de top van de rots. Uiteindelijk slaagde Mogallana er in om Kasyapa gevangen te nemen die daarop zelfmoord pleegde. Na zijn dood was het complex tot de 14e eeuw in gebruik als klooster. Daarna is het complex verlaten. De ruïnes zijn in 1907 door de Engelsman John Still ontdekt.
Eén van de beroemdste en bekendste attracties van Sri Lanka is de Leeuwenrots van Sigiriya. Vanaf ons hotel in Giritale is het ongeveer een uur rijden naar deze uit het landschap oprijzende rots. Bij de rots aangekomen voelde Hilleke zich niet zo lekker en ze is beneden gebleven, evenals een aantal kinderen en volwassenen van de groep. Ciska wilde aanvankelijk ook niet mee naar boven maar even later kwam ze toch achter Arjan aan. Bij het kopen van de kaartjes is het wel oppassen geblazen, men heeft er een handje van om te weinig wisselgeld terug te geven. Door de tuinen zijn we naar de zo'n 200 meter hoge rots gelopen, daar aangekomen moesten we de rots via de lange trappen beklimmen. Een vermoeiende bezigheid op een warme dag. Gelukkig liggen de trappen aan de schaduwzijde van de rots. Het is een behoorlijke klim en Ciska was het al snel zat en begon te zeuren dat ze terug wilde. De eerste stop was bij de zogeheten wolkenmeisjes. Dit zijn erotische fresco's die in een nis in de berg zijn aangebracht. In vroeger tijden moet een groot deel van de rotswand bedekt zijn geweest met deze schilderingen. Tegenwoordig resteren nog maar een aantal van deze schitterende tekeningen. Na een fotostop, waarbij we helaas niet mochten flitsen zijn we langs de spiegelmuur verder gelopen. Deze muur werd in vroeger tijden gebruikt om bezoekers van te voren kunnen zien aankomen. De muur spiegelt namelijk enigszins zodat bezoekers in de muur werden weerspiegelt. Na een vermoeiende klim kwamen we bij de eerste stop waar nog de restanten staan van de leeuwenpoten. Vroeger vormde een enorme leeuw de toegang tot het paleis en ging je naar binnen door zijn kop. Nu restten daarvan alleen nog de klauwen van zijn poten. Op dit uitgestrekte plateau is Ciska achtergebleven samen met Monique. Zij had aangegeven dat ze daar wel met Ciska wilde achterblijven. De rest van de groep ondernam de laatste klim naar de top. Nu echter in de volle brandende zon. Dit laatste stuk was overigens niet zo ver meer. Eenmaal boven aangekomen zijn we door de overblijfselen van het eens ongetwijfeld indrukwekkende paleis gelopen. Op de top van de rots is nergens een stukje schaduw te vinden dus liepen we er rond in de brandende zon. Hoofd bedekken en veel water drinken. Na zo een klein half uurtje te hebben rondgelopen zijn we weer aan de afdaling begonnen. De rest naar beneden ging gelukkig een stuk beter dan de weg omhoog.

De Leeuwenrots torent hoog boven het omringende landschap uit

De fresco's van de wolkenmeisjes ongeveer halverwege de klim

Een aantal verkeert zelfs na 1500 jaar nog in een goede conditie

De trap van het plateau naar de top met de reusachtige leeuwenpoten, eens de ingang naar het majestueuze paleis

Een deel van de restanten van het paleis op de top van de rots

De troon van koning Kasyapa op de rots
Naar Kandy
Na het vermoeiende bezoek aan de Leeuwenrots zijn we naar Kandy gereden. Onderweg zijn we nog gestopt bij een kruidentuin waar we eerst een rondleiding kregen met uitleg over de diverse kruiden. Ook werd verteld welke kruiden in de zalfjes en drankjes worden verwerkt om als medicijn te kunnen dienen. Na deze uitleg en een kopje chocolade thee kregen we allemaal een massage, erg lekker na de inspannende klauterpartij bij Sigiriya. Na de massage werden we naar het winkeltje geleid om mogelijk het één en ander van de aangeboden spullen aan te schaffen. Het is allemaal niet goedkoop, de meeste van deze spullen kun je ook op de markt kopen, in het algemeen voor veel lagere prijzen. Op de Central Market in Kandy bijvoorbeeld werden dezelfde zalfjes aangeboden voor 1/10 van de prijs van wat je er in zo'n kruidentuin voor moet betalen. Let dus op als je wat wil aanschaffen. Na nog wat te hebben gedronken in het bijbehorende restaurantje zijn we vertrokken naar het hotel in Kandy waar we aan het einde van de middag aankwamen. De meeste kinderen in de groep doken bij aankomst direct in het zwembad. In het hotel, en ook in Kandy zelf, was ivm de Perahera geen alcohol te verkrijgen. Alleen middels de roomservice was het mogelijk om bv bier en wijn te verkrijgen.

Uitleg over de diverse planten in de kruidentuin

Uitleg over de diverse drankjes en zalfjes

Ciska krijgt een gezichts massage
Kandy
De volgende dag hadden we overdag geen verplichtingen en zijn we Kandy gaan verkennen. Kandy is één van de oude hoofdsteden van het land. Voor de avond zou Monique zitplaatsen voor ons regelen om de Perahera te kunnen aanschouwen. Eenmaal in het centrum van aangekomen zijn we eerst op zoek gegaan naar een geldautomaat. Het kostte wat moeite om er één te vinden, ze zijn niet echt dicht gezaaid in dit land. Bij een bank schuin tegenover de klokketoren hadden ze een automaat die onze Nederlandse bankpasjes begreep en daar ook geld voor wilde verstrekken. Tijdens de wandeling door de stad kwamen we op veel plaatsen olifanten tegen. Die olifanten gaan 's avonds meelopen in de Perahera optocht. Zeker in de buurt van de Tempel van de Tand staan er erg veel. Erg veel hebben we overigens niet gedaan en gezien in Kandy, we hadden eigenlijk niet veel zin in een vermoeiende stadswandeling na alle inspanningen van de afgelopen dagen. We zijn nog wel door de Central Market gelopen waar Hilleke nog wat kruiden heeft gekocht. In de markt zijn we nog wel lastig gevallen door een mannetje die ons constant bleef volgen en zeggen dat de markt zo geweldig was en de andere winkels veel te duur. Hij krijgt commissie als hij toeristen naar een kraampje weet te lokken om daar wat te kopen. Uiteindelijk waren we hem kwijt. Na een lunch en een bezoek aan een supermarkt voor wat boodschappen zijn we met een tuk-tuk terug gegaan naar het hotel. Daar hotel aangekomen is Ciska in het zwembad gedoken en zijn wij bij het water gaan zitten en hebben we de rest van de middag weinig meer gedaan.

De Tempel van de Tand in Kandy

De straten in Kandy zijn in afwachting van de Perahera optocht

Hilleke en Ciska op zoek bij een stalletje in de Central Market

De klokketoren in het centrum van Kandy
Kandy Esala Perahera
Kandy Perahera
De Perahera eert één van de meest waardevolle relikwiën van het boeddhistische Sri Lanka: een tand van Boeddha. Deze Tand van Boeddha kwam ten tijde van de regering van koning Kirthisiri Meghawanna, die van 303 tot 331 N.Chr. in Anuradhapura regeerde, naar Sri Lanka. Deze koning beval dat het relikwie eens per jaar in het voorjaar rond de stad moest worden gedragen. In de tijd dat Kandy de hoofdstad van het land was ontstond de Esala Perahera zoals we die heden ten dage nog steeds kunnen zien en wel in 1775 ten tijde van het bewind van koning Kirti Sri Rajasinha. De Tand wordt bewaard in de Tempel van de Tand in Kandy in een kistje onder het gouden dak. Tijdens de optochten wordt een (kopie) van de tand rondgedragen op een olifant. De Perahera is niet ieder jaar op dezelfde datum, de laatste dag van de processie is met volle maan. Een astroloog van de Tempel van de Tand bepaalt, aan de hand van de stand van de sterren, of het in juli of augustus is. Het begin van het festival is dan 10 dagen daarvoor.
Met een aantal tuk-tuks zijn we 's avonds met z'n allen weer naar Kandy gegaan om daar de optocht van de Perahera te bekijken. Het verkeer in de stad was een gekkenhuis, overal claxonerende auto's en agenten die de chaos in het verkeer nog enigszins in goede banen trachten te leiden. Een tuk-tuk is op zo'n moment toch wel het aangewezen vervoermiddel, die kan eenvoudig overal tussen door. Nadat we waren uitgestapt moesten we nog een stukje lopen. Onderweg werden we aangehouden door de politie voor een veiligheidscontrole. We werden gefouileerd en onze tassen moesten we open maken. Het is duidelijk dat geen risico's worden genomen. Tijdens de hele reis overigens zie je overal controles. Op de wegen zijn vaak versperringen zodat maar in één richting tegelijk gereden kan worden en je ziet veel politie en militairen. Alles met het oog op mogelijke aanslagen door de Tamil Tijgers. Maar terug naar de Perahera, er waren plaatsen geregeld in een restaurant, maar toen we daar aankwamen waren er te weinig plaatsen en er zaten meer mensen. De afspraak was dat we privé plaatsen zouden krijgen voor alleen onze groep. Dus toen op zoek naar een andere plaats. We kwamen bij een ander restaurant terecht, daar was het uitzicht erg slecht en het was er ook erg warm. Dus is Monique naar iets anders op zoek gegaan. Uiteindelijk kwamen we een paar huizen verderop te zitten, we hadden daarvandaan een goed zicht op de straat. De lokale bevolking zit in het algemeen op zeiltjes langs de kant van de weg. Regelmatig lopen er in het wit geklede dames van het Rode Kruis langs met een eerste hulp koffertje op zoek naar mensen die bezwijken tijdens het lange wachten in de drukke menigte. Ook komen er mensen met jerrycans water langs om dorstige mensen te voorzien van water. Tijdens het wachten tot de optocht langs zou komen zijn we op zoek gegaan naar iets te eten en te drinken. De optocht begint rond een uur of acht bij de Tempel van de Tand en tegen negen uur was het begin van de lange stoet bij ons aangekomen. Door een deel van de toeschouwers wordt geld naar de stoet geworpen wat door mensen in de stoet wordt opgeraapt. Wat er vervolgens tijdens de volgende twee uren aan onze ogen voorbij trok is eigenlijk niet te beschrijven. Dit geweldige schouwspel moet je met eigen ogen aanschouwen. Gedurende de zo'n twee uur durende processie trokken dansers, verklede olifanten, muzikanten, vaandeldragers, fakkeldragers, vuurvreters en andere vuurkunstenaars langs. De meeste van de verklede olifanten hebben gekleurde lampjes voorop, van stroom voorzien door een accu op hun nek. Het geheel is werkelijk spectaculair en iedereen is erg blij dat we juist nu in Kandy zijn om dit mee te maken. Het hele feest duurde (dit jaar) van 31 juli t/m 9 augustus. De data zijn ieder jaar anders, dat hangt af van wanneer het volle maan is. De eerste dagen is de optocht nog klein en hij wordt steeds langer en groter naarmate de einddatum nadert. Op 9 augustus is de finale en duurt het tot 5 uur in de nacht. Toen het rond een uur of elf bij ons was afgelopen waren we eigenlijk allemaal wel blij dat we niet voor de 9e hadden gekozen. We kregen een houten kont op de stoeltjes en iedereen vond het toen ook wel mooi geweest.
Foto's van de Perahera zijn op de Perahera fotopagina te zien.
Pinnawela olifanten weeshuis
Voor de volgende dag stond alleen een bezoek aan het olifanten weeshuis in Pinnawela (of Pinnawala) op het programma voor in de middag. Om half twaalf vertrokken we met de bus voor een rit van zo'n anderhalf uur naar het olifanten weeshuis. Even na enen waren we er. Het voeren was inmiddels al begonnen, maar we hebben er nog heel wat van meegekregen. Het is duidelijk dat dit een erg toeristisch gebeuren is. De enige plaats totnutoe in Sri Lanka waar we heel veel toeristen tegelijk rondlopen. Bij alle vorige toeristische plaatsen (behalve bij de Perahera) waren er in het algemeen maar erg weinig andere toeristen, maar hier is het erg druk. De nog jonge olifanten zonder eigen moeder worden hier nog met de fles gevoerd, sommige zijn nog erg klein. De kleinste van de vier olifanten die hier staan mist ook het linkeroor. Na het voeren zijn we nog wat rond gelopen waarna we naar een restaurant zijn gegaan aan het water waar straks de olifanten zullen worden gebaad. Ook daar is het een drukte van belang. Met moeite kunnen we een plaatsje bemachtigen met uitzicht op de badderplaats. Maar zodra de olifanten komen gaat toch iedereen naar beneden om zo dicht mogelijk bij het water en de olifanten te kunnen komen. Het is een indrukwekkend gezicht om zo tientallen olifanten bij elkaar in een rivier te zien spetteren. Sommige liggen op hun zij in de rivier, anderen worden door hun verzorgers nat gegooid en weer anderen spuiten zichzelf met hun slurf nat. Een spektakel waar je werkelijk uren naar zou kunnen kijken en wat niet gaat vervelen. Helaas mochten de kinderen geen (kleine) olifantjes wassen, de directeur van het weeshuis was aanwezig en hij vindt het niet goed dat kinderen zo dicht bij de olifantjes komen. Tijdens de wasbeurt hebben we wat gegeten. Ciska en Inge hebben nog wat bananen aan een olifant gevoerd. Hebben ze toch nog wat kunnen doen met een olifant. Na dit fantastische gebeuren zijn we weer terug gereden naar het hotel. Onderweg zijn we nog gestopt bij een batik 'fabriekje' waar ons is uitgelegd hoe batikken in z'n werk gaat. Uiteraard eindigde de toer in de winkel waar nog het nodige is aangeschaft. Na dit bezoek zijn we terug gegaan naar het hotel voor de laatste nacht in Kandy.

Jonge olifanten krijgen nog de fles

Kudde olifanten met een mahout

Lekker ploeteren in de rivier

'Dit is pas echt genieten' lijkt deze olifant te denken
Treinreis naar Nuwara Eliya
Donderdag 10 augustus ging de wekker op het onfatsoendelijke tijdstip van 5:45 af. We moesten namelijk vroeg weg om de trein te halen. Om 7:30 vertrokken we vanaf het hotel en om ongeveer 8:15 waren we op het station. Daar moest Monique nog kaartjes kopen. Dat kun je niet meer dan 30 minuten van te voren doen en je kan ook niet vooraf reserveren. Om ongeveer 8:45 kwam de trein het station binnen. Hij zat al behoorlijk vol en op het station stonden ook heel wat mensen om in te stappen. In de trein hadden we dan helaas ook geen zitplaatsen, we moesten staan. Het was zo druk in de trein omdat alle bezoekers van de Perahera weer terug naar huis gingen en omdat het een vrije dag was in Sri Lanka. We hoopten dat er tijdens de reis voldoende mensen zouden uitstappen zodat we konden zitten. Staand was het ook lastig om naar buiten te kijken, de raampjes zitten erg laag. Alleen bij een deur kun je goed naar buiten kijken, de deuren van de treinen staan overigens altijd open, ook tijdens het rijden. Arjan stond bij een deur en had zodoende goed zicht naar buiten, maar Hilleke en Ciska stonden in de coupé zodat ook alleen Ciska goed naar buiten kon kijken omdat ze nog niet zo groot is. Toen we na een uur nog steeds geen zitplaatsen hadden, bedacht Monique om er bij een volgend station uit te gaan en de chauffeur van de bus te vragen om ons daar op te halen. Dat laatste bleek echter erg lastig omdat de weg en de spoorlijn niet hetzelfde tracé volgen. Dus uiteindelijk kwam het er op neer dat we de hele reis tot Nanu Oya in de trein moesten blijven staan. Ciska mocht op een bepaald moment tussen twee dames zitten en ook Hilleke had op een gegeven moment een zitplaats weten te bemachtigen. Arjan heeft echter de hele 4,5 uur durende reis bij de deur gestaan. De rit naar Nuwara Eliya (spreek uit 'Noereliya') gaat omhoog want deze plaats ligt op ongeveer 2 km hoogte in de bergen dus soms waren er schitterende vergezichten over de dalen. De eerste regen van deze vakantie hebben we gedurende de rit ook zien vallen, in de bergen regent het toch vaker dan in het laagland. Verder liepen er tijdens de hele reis constant mannetjes door de trein met allerlei snoep en etenswaren. Met grote manden baanden ze zich een weg door de volgepakte trein. Om 13:15 kwamen we eindelijk aan op het station van Nanu Oya en konden we weer een stuk lopen naar de bus waar we onze vermoeide lichamen in de zachte stoelen lieten ploffen. Vanaf Nanu Oya was het nog een stukje met de bus naar Nuwara Eliya. Onderweg daarheen zijn we nog gestopt bij een theeplantage. Omdat het een vrije dag is werd er niet gewerkt, maar we kregen we een rondleiding door het bedrijf. De dame die ons rondleidde vertelde alles vanaf het plukken van de thee, via het drogen, malen, sorteren tot het verpakken van de thee. Ook liet ze de machines in werking zien alhoewel er geen thee inzat om te worden verwerkt. Al met al een erg boeiende rondleiding. Na deze rondleiding zijn we met de bus naar ons hotel gegaan, het St. Andrew's Hotel in Nuwara Eliya. Dit is een oud Engels koloniaal hotel, het ademt ook helemaal nog die sfeer. 's Middags vanaf vier uur kun je er van een echte High Tea genieten in de salon bij een knapperend haardvuur.
Treinreis Kandy - Nuwara Eliya

De kaartjes worden uitgezocht en gesorteerd

De trein loopt het station binnen

Verkoper met z'n waar op een station

Aankomst op het station van Nanu-Oya
Theeplantage

Overzicht over een klein deel van de theeplantage

Voor het geval er brand mocht uitbreken...

Een deel van de machines voor de verwerking van de thee
Horton Plains
Met aantal minibusjes zijn we vanaf het hotel in anderhalf uur naar de Horton Plains gereden. Dit is een nationaal park op een hoogvlakte. Toen we vertrokken was het droog, maar wel erg mistig. Eenmaal bij het park aangekomen was er wel wat lichte regen gevallen. Bij de ingang zagen we een aantal aapjes langs de weg, die waren behoorlijk mak, ze bleven gewoon zitten en bedelden om eten. We hebben ze wat crackers gegeven, ze gingen er letterlijk voor op hun achterpoten staan om maar zo dicht mogelijk bij de raampjes van de busjes te zijn. Verderop zagen we een aantal herten, deze waren ook erg mak. Zo mak zelfs dat, toen we ze wat crackers aanboden, ze zo dicht bij de busjes kwamen dat ze zelfs hun kop door de open raampjes naar binnen staken. Eenmaal bij het bezoekerscentrum aangekomen zijn we begonnen aan de 9 km lange wandeling door het park. Op het ene moment miezerde het, dan was het weer droog, dan viel er weer wat meer regen. Ondanks de paraplus en regenjassen is iedereen toch nog aardig nat geworden. Tijdens de wandeling door het ruige landschap zijn we onder andere gestopt bij een mooie waterval, Baker's Fall. De wandeling ging verder naar Greater World's End, dit is letterlijk het einde van de wereld. De hoogvlakte eindigd hier abrupt en gaat 1600 meter steil naar beneden. Helaas was het te mistig om er iets van te kunnen zien. Opvallend is dat er een soort balkon is gemaakt vanwaar je een mooi uitzicht zou moeten hebben, maar een hekje om te voorkomen dat je er afwaait en meer dan 1,5 km naar beneden stort ontbreekt geheel. Door de inmiddels behoorlijk naar beneden komende regen vervolgden we onze weg naar Mini World's End. Een kleine uitvoering van zijn grote broer vanwaar het 'slechts' 700 meter vallen is als je door het eveneens ontbrekende hekje van het plateau valt. Hier was het gelukkig een stuk helderder zodat we hier wel een fatsoenlijk uitzicht hadden. Na hiervan te hebben genoten was het nog zo'n drie kwartier lopen voor we onze vermoeide benen konden laten rusten bij een restaurantje om van een welverdiend drankje te kunnen genieten. De anderhalf uur durende terugweg over de bochtige en hobbelige weg naar het hotel was wederom een aanslag op onze vermoeide lichamen. Eenmaal terug in het hotel hebben we onze natte en bezwete kleren voor de kachel te drogen gehangen en hebben we genoten van een verkwikkende douche alvorens we naar de salon gingen om bij het knapperend haardvuur te genieten van een onvervalste Engelse High Tea.

Hongerig aapje bij de ingang van de Horton Plains

Fier kijkt dit hert naar de nieuwe bezoekers

Mini World's End, een 700 meter diepe afgrond

Ciska moet even rusten van de vermoeiende wandeling

Baker's Fall in het park
Ella Falls en het Tasks Jungle Camp
Tijdens de reis van Nuwara Eliya naar onze volgende overnachtingsplaats, het Tasks Jungle Camp in Thanamalwilla, daalden we weer af van de hoogst gelegen plaats in Sri Lanka naar lager gelegen gebieden. Tijdens deze busreis hadden we op sommige plaatsen werkelijk magnifieke uitzichten. De begroeïng op de bergen manifesteerde zich in vele tinten groen. We genoten van de reis en op de diverse plaatsen is de bus gestopt zodat we mooie plaatjes konden schieten en vastleggen op de SD kaart. In het plaatsje Ella zijn we gestopt voor de lunch waarbij we het eten genoten op een terras met wederom een fantastisch uitzicht op het omliggende gebergte. Bij de Rawana Ella Falls zijn we na de lunch ook gestopt. De lokale bevolking gebruikt de waterval om te baden en te wassen. Een fascinerend gezicht om te zien hoe men zich hier wast in het water van in dit geval een waterval. Eerder hadden we het ook al gezien in bv een rivier. De waterval wordt duidelijk gebruikt voor een familie uitje. Op de parkeerplaats speelde een bandje en bij diverse tentjes waren allerlei etenswaren te koop. Tegen het eind van de middag kwamen we aan in Thanamalwilla. Hier verblijven we twee nachten in grote tenten in het Tasks Jungle Camp. Ons werd aangeraden om geen etenswaren mee in de tent te nemen. De vele apen in het kamp kunnen dat ruiken en zullen proberen om je bagage open te maken om het eten te bemachtigen. Bij iedere tent is een gebouwtje met een toilet en ook is er een douche. Het water komt daar niet uit een gewone sproeier maar uit een stuk bamboe. Verder staat de tent op een betonnen fundering en is er een rieten dak overheen gezet. In de tent staan een aantal gewone bedden met klamboes. In de tent is wel een stopcontact zodat het mogelijk is om batterijen op te laden. Er is echter geen electrisch licht in de tent aanwezig. Het kamp heeft geen zwembad, maar er stroomt wel een riviertje langs waar ook in gezwommen kan worden. Ook word dit riviertje door de lokale bevolking gebruikt om zichzelf en hun kleding in te wassen. In de bar van het kamp hebben we nog wat gedronken en rond half acht was er een BBQ. Na het overheerlijke eten op een terras boven de rivier zijn we naar bed gegaan om vroeg te gaan slapen. Morgen gaat de wekker immers al om 5 uur voor de jeep safari. Toen Ciska naar het toilet wilde gaan zat er een kikker in de pot, ze durfde toen niet meer. Een keer doortrekken kon het beest er toe bewegen om op de rand te springen en met een gerichte straal uit de sproeier sprong hij op de muur, ja we wonen hier midden tussen het 'wildlife'. In de tenten is geen elektrisch licht en tegen de schemering worden er olielampen langs de paden en bij iedere tent gezet. In de tent moet je 's avonds en 's nachts van een zaklamp gebruik maken.
Rawana Ella Falls

De Rawana Ella Falls stort zich van de berg naar beneden

De lokale bevolking wast zich in de rivier

Zelfs met hele groepen tegelijk

En daarna met z'n allen het zeep afspoelen onder de 'douche'

Ook de inwendige mens kan worden verzorgd
Tasks Jungle Camp

Onze tent in het kamp

Plezier in de rivier

De bar van het kamp

Het terras boven de rivier waar we steeds aten

De kinderen vermaakten zich 's avonds bij het kampvuur
Uda Walawe National Park
Voor de jeepsafari in het Uda Walawe National Park moesten we vroeg op. Dit om niet te laat in het park te zijn omdat we anders door de warmte weinig beesten meer zouden zien. Om 6 uur vertrokken we in 3 jeeps naar het Uda Walawe NP waar we na een rit van ongeveer een uur aankwamen. Onder leiding van een zijn we het park ingegaan. Al snel zagen we de eerste wilde olifanten. Het blijven toch nog steeds erg imposante beesten, ondanks dat we deze vakantie al heel wat van deze grijs geslurfde kolossen hebben gezien. De jeeps hadden een open dak zodat we achterin staand een goed uitzicht over de omgeving hadden. Het landschap in dit park doet je een beetje denken aan de Afrikaanse parken. Een uitgestrekte vlakte met bomen en struiken en zo hier een daar een poel met water met daarbij de pootafdrukken van de beesten die er eerder op de ochtend hebben gedronken. In de verte tekenden zich de bergen af met een dreigende wolkenpartij. Zo af en toe viel er ook een druppel regen, maar dat mocht verder geen naam hebben. Toen op een gegeven moment zich ook nog een regenboog tegen deze achtergrond aftekende was het plaatje compleet. In totaal hebben we heel wat beesten gezien, naast de olifanten nog waterbuffels, krokodillen, herten, varanen en ontelbare vogels. De hele tocht door het park duurde zo'n 2,5 uur, maar tegen het einde kon je wel merken dat het al warmer werd. De meeste dieren lieten zich toen al niet meer zien. Alleen zo hier en daar en daar een verdwaalde olifant die in de schaduw van een boom de hete zon trachtte te vermijdden. Op de weg terug naar het kamp zijn we nog gestopt bij het ziekenhuis van Thanamalwilla. Daar hebben we wat rond gekeken, wat een trieste bedoening als je dat vergelijkt met een ziekenhuis in Nederland. Ook de keuken hebben we gezien, de keukens in onze huizen zijn beter uitgerust en bovenal hygienischer dan deze. Na de lunch in het kamp was het voor de meesten weer tijd voor een duik in de rivier. In de rivier huisde deze middag ook een grote kudde waterbuffels die ons loom aanstaarden tijdens het geploeter in de rivier.

Een ibis zoekt naar voedsel in het water

Neushoorn vogel in een boom

Een eenzame waterbuffel

Knuffelende olifanten

Het ruige landschap van het park

Eenzaam wegroestende molen
Naar Ahangama
Na twee nachten in de tent gingen we de volgende dag op weg naar de kust. Als eerste zijn we nogmaals gestopt bij het ziekenhuis in Thanamalwilla. In de bus hadden we geld ingezameld en dat hebben we overhandigd. Van het geld konden ze een nieuwe boiler kopen, de oude is al een jaar kapot en er was nog steeds geen geld om een nieuwe te kopen. Zo'n boiler kost ongeveer 10.000 roepies, ongeveer 80 euro. Het is toch wel triest om te ervaren dat een ziekenhuis in Sri Lanka geen middelen heeft om een boiler van slechts 80 euro aan te schaffen. Na het bezoek aan het ziekenhuis vervolgenden we onze weg naar het zuiden. Bij het Wirawila Sanctuary zijn we gestopt om naar de vogels te kijken. Onder andere maraboes, ooievaars, kievitten, witte reigers, zwartkop ibissen en nog veel meer. Onderweg hebben we ook nog getracht om bij de diverse poelen en meertjes krokodillen te spotten. Helaas hebben we geen enkele krokodil gezien. In de buurt van Hambantota aan de kust hebben we een zoutfabriek bezocht waar zout uit het zeewater wordt gewonnen. De werknemers staan hier acht uur per dag in de brandende zon zout bij elkaar te schuiven. Met hun blote voeten staan ze constant in het zoute water. Lijkt me ook geen al te beste baan, maar de mensen zijn waarschijnlijk al lang blij dat ze werk hebben. In Hambantota zelf hebben we het lokale vismarktje bekeken. Er zaten heel wat vissers hun waar aan te prijzen, van hele kleine visjes tot behoorlijk grote. Het stonk er overigens verschrikkelijk. Vogels en katten genoten er van een waar feestmaal van de restjes van de vissen die niet verkocht konden worden. Op dat deel van de markt ging je overigens bijna over je nek van de afschuwelijke stank die er hing, walgelijk gewoon. De rest van de weg naar Ahangama reden we langs de kust. Nu zagen we ook op diverse plaatsen nog steeds de gevolgen van de Tsunami van 2e kerstdag 2004. Nog steeds zijn er veel kapotte huizen. Bij de één was alleen een deel van het dak weggeslagen, van andere huizen was niets meer over dan alleen de fundamenten met zo hier en daar nog een stukje muur. Er waren echter ook op veel plaatsen bouwactiviteiten van huizen die werden herbouwd of hersteld. En uiteraard waren al heel veel nieuwe huizen gebouwd. Echter stonden er op sommige plaatsen nog steeds tenten waar mensen in woonden. Wel triest dat je meer dan 1,5 jaar na de ramp nog steeds in een noodbehuizing als een tent moet wonen en dat er nog steeds niets voor deze mensen is gedaan. De meeste scholen, ziekenhuizen etc. zijn al wel herbouwd, dat geldt ook voor de meeste hotels langs de kust. Ons hotel lag ook direct aan de kust en heeft ook schade geleden door de Tsunami. Wij hadden een kamer op de onderste verdieping en het is een vreemd idee dat de kamer destijds onder water heeft gestaan.

Ooievaars en zwartkop ibissen in het Wirawila Sanctuary

Een herder met zijn waterbuffels in het Wirawila Sanctuary

De hele dag staan de mensen het zout bij elkaar te schuiven

Al dat geschuif resulteert in dergelijke enorme bergen met zout

Vissen te koop op de markt in Hambantota

De vissen worden ter plekke verwerkt

Een kraai pikt vervolgens de visresten op

De visserboten achter de markt, klaar om weer uit te varen
Holland House of Hope
De volgende dag vertrokken naar ons laatste hotel in Beruwela. De eerste stop was in Koggala bij het 'Holland House of Hope'. Dit is een weeshuis voor de slachtoffers van de Tsunami gestart op initiatief van de Nederlandse Marja van Leeuwen. Daags na de ramp is ze al naar Sri Lanka gevlogen met medicijnen en andere hulpgoederen. Een paar maanden na de ramp is het weeshuis geopend. Momenteel wordt er nog steeds gebouwd om nog meer kinderen te kunnen opvangen. Op het terrein staan een aantal huizen, in ieder huis wonen acht kinderen en een 'moeder'. Niet hun echte moeder uiteraard, maar een vrouw uit de omgeving die daar kookt, slaapt en de kinderen verzorgd. Ook is er een schooltje en word er gebouwd aan een dokterspost waar niet alleen de weeskinderen gebruik van maken, maar ook de mensen die in de omgeving van het weeshuis wonen. Als we dit vergelijken met het ziekenhuis in Thanamalwilla ziet het er hier toch allemaal wel een stuk beter uit. Ondanks het feit dat de kinderen hier hun ouders zijn kwijtgeraakt en veel hebben meegemaakt hebben de meeste toch een gulle lach. De kinderen uit de groep hebben onder andere stiften, knikkers, snoep en ander speelgoed voor de kinderen achter gelaten. Sommige ouders hebben ook wat kinderkleding gegeven voor de weeskinderen. In de bus, onderweg naar het weeshuis, was er geld ingezameld, in totaal 20.000 roepies. Dit geld is door de kinderen overhandigd.

Ingang van het weeshuis waar ook de Nederlandse vlag wappert

Eén van de huizen waar acht kinderen wonen samen met een 'moeder'

Een aantal van de kinderen in een slaapkamer

Ciska deelt wat snoep uit aan de kinderen
Galle
Na het bezoek aan het weeshuis zijn we door gereden naar Galle om daar het door Portugezen en Nederlanders gebouwde fort te bezichtigen. Na een kopje koffie zijn we door het fort gewandeld. We zijn naar de vestingsmuren gelopen en hebben er een stukje overheen gewandeld. In het fort zie je op een aantal plaatsen nog de Nederlandse invloeden, in de Nederlands Hervormde kerk zijn grafstenen te zien met daarop Nederlandse teksten. Ook vind je in Galle straatnamen die nog aan de Nederlanders doen herinneren zoals bv de 'Leynbaan'. Het fort werd door de VOC gebouwd nadat het in 1663 op de Portugezen was veroverd. Galle was de belangrijkste haven van Sri Lanka tot in 1873 een haven werd gebouwd in Colombo. We hadden niet zo heel veel tijd om Galle te bezoeken dus we zijn was door de straatjes van het fort gewandeld en over de dikke vestings muren gelopen. Na deze korte wandeling zijn we terug gegaan naar de bus voor het vervolg van de rit naar Beruwela en we zijn gaan lunchen in het plaatsje Hikkaduwa. Terwijl de lunch werd klaargemaakt hebben we in glass-bottom boten een tochtje over de zee gemaakt om naar het (dode) koraal en vissen te kijken. Ook hebben we gezocht naar zeeschildpadden.

Nederlands Hervormde kerk in Galle

Zomaar een straatje in het fort in Galle

Blik op het fort aan de zeezijde

Inn 'Weltevreden'
Kosgoda Turtle Hatchery
De laatste stop voor Beruwela was bij de Kosgoda Turtle Hatchery. Vissers uit de buurt verkopen de eieren van zeeschildpadden aan de eigenaar en hij broedt ze uit in een grote zandbak. Na uitkomen houdt hij ze nog vier dagen in een groot aquarium voordat hij ze uitzet in de zee. Na deze vier dagen hebben de kleine schildpadjes een grotere kans om te overleven. Ook dit centrum is door de Tsunami volledig weggespoeld waardoor zo'n 20.000 zeeschildpadjes zijn omgekomen. Met steun van onder andere Nederlanders is het centrum daarna weer herbouwd.

Een bad vol met een enkele dag oude schildpadjes

Een baby schildpadje op Ciska's hand

Een schildpad die door de Tsunami z'n vinnen is kwijtgeraakt

Een schitterende papegaaischildpad
Beruwela
De laatste twee dagen van de vakantie zaten we in een hotel in Beruwela. Bij aankomst hebben we afscheid genomen van onze Sri Lankaanse gids en chauffeur. Het hotel is een vrij groot en er worden allerlei dingen voor de gasten georganiseerd, animatie, disco, etc. Iets waar wij eigenlijk niet op zitten te wachten. Volgens Monique heeft Djoser dit hotel gekozen omdat er veel voor de kinderen wordt georganiseerd, maar die zijn eigenlijk alleen maar geïnteresseerd in een duik in het zwembad. De laatste twee dagen in Beruwela hadden we geen excursie meer, twee dagen om uit te rusten van de vermoeienissen van de afgelopen twee weken. Bij het zwembad van het hotel is een bar waar je eten en drinken kan bestellen. Het hotel zorgt verder ook nog voor allerlei vermaak en vertier zoals ochtendgymnastiek in het zwembad en allerlei spelletjes vergezeld van harde muziek. Daarvoor was echter weinig belangstelling. De eerste avond zijn we met Marleen en Naomi bij restaurant Maharadja gaan eten. Het is niet ver van het hotel en we zijn er over het donkere strand naar toe gelopen. We hebben er lekker gegeten en na afloop zijn Marleen, Naomi en Ciska met een tuk-tuk terug gegaan naar het hotel.

Schilderij op de bar in restaurant Maharadja
De tweede dag in Beruwela zijn we naar Aluthgama gegaan, de een plaats net ten zuiden van zuidelijk van Beruwela. We wilden er nog wat souveniers kopen en een internet mogelijkheid zoeken. In het hotel hadden we tuk-tuks besteld om er heen te gaan, we kregen echter een minibusje voor de prijs van een tuk-tuk. Toen we in Aluthgama aankwamen werden vrijwel direct achtervolgd door iemand die ons naar zijn winkeltje wilde leiden. Dat was wel erg irritant, iemand die je constant overal volgt. Arjan heeft geprobeerd om hem weg te sturen, maar hij bleef ons achtervolgen. Nadat we de souveniers hadden gekocht werd zijn taak overgenomen door iemand anders. Die man leidde ons naar een houtsnij werkplaats waar uiteraard ook weer een winkeltje bij was. Daar hebben we nog wel wat gekocht, heeft hij ook weer z'n commissie verdiend. Terug in de hoofdstraat zijn we op zoek gegaan naar een mogelijkheid om te kunnen internetten. Ook daar wist hij wel een adresje voor en daar liet hij ons gelukkig alleen. Het internetten ging echter verschrikkelijk traag. Waarschijnlijk zat iemand anders van alles te downloaden en slurpte daarmee alle bandbreedte van de hele toko op. Vervolgens zijn we terug gegaan naar het hotel. Daar zijn we weer bij het zwembad gaan zitten en is Ciska er in gedoken. Terwijl we daar zaten zagen we opeens donkere wolken zich samenpakken boven de Indische Oceaan en even later viel de regen weer met bakken uit de hemel. Dit duurde ongeveer een half uur. Na de bui zijn over het strand naar het restaurant Maharadja van gisteravond gelopen zodat we het strand ook eens bij daglicht konden aanschouwen. Toen we bij het restaurant aangekwamen zat daar al het grootste deel van onze groep. Men wilde er vanavond een gezamelijk afscheidsdiner houden. Dat leek ons een leuk idee. Voor de logistiek van het restaurant hebben we nu vast besteld zodat ze alle spullen in huis kunnen halen. Ciska is met Marc-Jan en de andere kinderen nog met een bootje de rivier overgestoken. Ze hebben daar wat rondgelopen en zijn weer terug gekomen. Na wat gedronken te hebben zijn we met z'n allen weer terug gelopen naar het hotel. 's Avonds zijn we met weer over het strand naar het restaurant gelopen en hebben er een heel leuke avond gehad.

'De trein heeft zeker weer eens vertraging?' vraagt deze geit in Aluthgama zich af

Donkere wolken pakken zich samen boven de oceaan

En al snel komt de regen met bakken uit de hemel

Marc-Jan en aantal kinderen gaan met een bootje de rivier over
Colombo
Het einde van de vakantie komt nu in zicht, de laatste dag van deze vakantie gaan we naar de hoofdstad van Sri Lanka, Colombo. Vanaf het hotel is het een 1,5 uur durende rit naar deze stad. We rijden langs de kust waar we nog steeds overal de stille getuigen van de Tsunami kunnen zien. Na verloop van tijd rijden we de buitenwijken van Colombo binnen. Als eerste zien we de krottenwijken. Mensen leven hier in kleine krotjes van verroeste golfplaten.Uiteindelijk arriveren we bij het Ceylon Continental Hotel. Een luxe hotel dat eigenlijk niet bij een Djoser reis past. Iedereen heeft er wel een kamer hoewel we er niet zullen overnachten. Vanavond om 21:30 vertrekken we al naar het vliegveld. Maar we kunnen dan in ieder geval nog wel douchen en de kinderen kunnen nog een duik in het zwembad nemen. Na aankomst in het hotel hebben we nog een groepsfoto gemaakt, ook samen met de gids en de chauffeur. We hadden in Beruwela al afscheid van ze genomen, maar ze wilden ons nog graag van Beruwela naar Colombo brengen zodoende dat we ze nog een keer gezien hebben. Nadat iedereen een kamer had gekregen zijn wij met Marleen en Naomi het bruisende Colombo ingetrokken. Direct buiten het hotel werden we al geconfonteerd met de zeer zware veiligheidsmaatregelen in de stad. Het presidentieel paleis is niet ver van ons hotel en de wegen in de omgeving zijn afgezet zodat het erg lastig is om ergens te komen. Steeds worden we tegen gehouden en moeten we een andere weg zoeken. Als eerste zijn we op bezoek gegaan in de St. Peter Church, deze kerk staat naast het hoofdbureau van politie en er komen vergt eveneens heel wat geduld. De bagage werd doorzocht en we werden gefouileerd. Eindelijk mogen we dan toch doorlopen. De kerk stelt overigens niet zo veel voor. Vervolgens hebben we wat door de drukke rumoerige straten gewandeld op zoek naar een plaats om iets te drinken en te eten. Dat is lastig te vinden in het centrum. Uiteindelijk zijn we in de vergane glorie van Cargill's terecht gekomen bij de KFC. Verder konden we niets fatsoendelijks vinden. Terwijl we daar zaten te eten begon het buiten opnieuw te gieten. Na het eten hebben we dan ook 2 tuk-tuks geregeld om ons verder door de stad te rijden. We wilden naar de Oude en Nieuwe Kathiresan- en Ganesha-tempel, maar de chauffeur begreep ons niet en bracht ons naar de Skanda tempel op het Slaveneiland. Het was inmiddels gestopt met regenen dus we konden goed foto's maken van deze uitbundige, kleurige Hindoe tempel. De volgende fotostop was het medidatie eiland Sima Malaka, een nieuw medidatie centrum mooi gelegen in een meer. De laatste tempel die we bezocht hebben was de boeddhistische Gangarama tempel. Daar hebben we ook de laatste olifant gezien van deze vakantie, deze tempel olifant was ook meegeweest naar de Perahera in Kandy, we hadden hem daar ook gezien met zijn karakteristieke slagtanden. Na wat door deze tempel te hebben gelopen hebben de tuk-tuks ons afgezet bij het Crescat shopping centre. Dit is een volledig westers winkelcentrum waar niets je doet denken aan de luidruchtige, rommelige en geurige lokale marktjes. We hebben we wat boeken gekocht en koffie met gebak gegeten alvorens we met tuk-tuks terug gegaan zijn naar het hotel. Bij het hotel aangekomen is Ciska direkt in het zwembad gedoken waar wij, na op de kamer te hebben gedouched en omgekleed, ook naar toe zijn gelopen. Bij de pool-pizzeria hebben we wat te besteld. Echter voor we het eten hadden begon het weer te gieten en hebben we het maar in de lobby van het hotel opgegeten. We hebben ook Monique gesproken die informatie had mbt Heathrow, wat wel en wat niet mocht. Je mocht geen vloeistoffen meenemen in de handbagage en ook maar heel erg weinig handbagage. Het meeste moest als bagage mee in het ruim. Dat betekende dat we onze tassen opnieuw moesten pakken en zorgen dat alle breekbare spullen zoveel mogelijk beschermd waren. Na het eten hebben we op de kamer de bagage dus opniew ingepakt.

Interieur van de lastig te bereiken St. Peter kerk

Het orgel in de kerk verkeerd in een belabberde toestand

Een drukke, rumoerige straat in Colombo

Het verkeer komt aan alle kanten om je heen

De ingang van de kleurige Skanda tempel

Detail van de ingang van de Skanda tempel

Het in een meer gelegen meditatie centrum Sima Malaka

Voor ons de laatste olifant in Sri Lanka, de tempel olifant van de Gangarama tempel

Beeldengroep in de Gangarama tempel
Terugreis
Om ongeveer 21:30 vertrokken we naar het vliegveld waar we ongeveer een uur later aankwamen. Na het inchecken, wat erg lang duurde, konden we door de douane. Dat ging allemaal wel erg snel. Vervolgens hebben we nog een tijd door de tax-free winkeltjes gelopen om de laatste roepies op te maken. Bij een bar hebben we nog wat gedronken en naar wat video's van Mr. Bean gekeken voordat het tijd was om naar de gate te gaan. Precies op tijd, om 2:05, vertrokken we. Nog voordat we waren opgestegen was Ciska al in haar stoel in slaap gevallen. We zaten op achterste rij in het toestel en de stoelen van Hilleke en Ciska konden niet naar achteren. Voor Ciska geen probleem, maar Hilleke had er behoorlijk last van. Arjan zat aan de ander kant van het gangpad en daar was het nog niet de achterste rij, zijn stoel kon dus wel naar achteren. Na verloop van tijd hebben we van stoel geruild zodat Hilleke ook even goed kon zitten. Echt geslapen hebben we overigens niet tijdens de 11 uur durende vlucht. Om ongeveer 9 uur plaatselijke tijd landden we op Londen Heathrow. Bij aankomst werden we allemaal gechecked en alle vloeistoffen in de handbagage moesten worden ingeleverd, ook bv tandpasta en dergelijke. Ook onze schoenen moesten door het röntgen apparaat. Vervolgens werden we met een bus naar een andere terminal vervoerd. Daar moesten we nog zo'n 2 uur wachten voor we naar de gate konden voor de vlucht naar Schiphol. We hebben wat rondgelopen en gedronken om de tijd door te komen. Wel vreemd is dat je in de winkels wel weer gewoon drank en parfums etc kan kopen. Vloeistoffen die we eerder zouden hebben moeten inleveren. Om ongeveer half twaalf zijn we naar de gate gegaan, er waren maar weinig passagiers voor Amsterdam en we hadden dan ook een erg klein toestel waar slechts 45 passagiers in konden. Te klein zo bleek bij aankomst op Schiphol na een vlucht van 45 minuten. Een groot deel van de bagage was in Londen achtergebleven omdat het niet in het ruim van het vliegtuig paste! Komt waarschijnlijk ook omdat de hoeveelheid handbagage minder is en er meer in het ruim moet. Na alle formaliteiten mbt vermiste bagage te hebben gedaan zijn we naar huis gegaan. De vermiste rugzak is overigens de volgende dag thuis bezorgd.